Universiteiten en hogescholen hebben de mogelijkheid om een onderzoeksmaster in te richten van 120 studiepunten. Het gaat om een uitbreiding van de studieomvang van een bestaande masteropleiding van 60 studiepunten in hetzelfde studiegebied. Ze dienen hiervoor een aanvraag in bij de Vlaamse Regering, die vervolgens de NVAO om advies vraagt.
Universiteiten en hogescholen kunnen een aanvraag indienen bij de Vlaamse Regering voor het inrichten van een onderzoeksmaster van 120 studiepunten. Het gaat om een uitbreiding van de studieomvang van een bestaande masteropleiding van 60 studiepunten in hetzelfde studiegebied. Een onderzoeksmaster die mag worden ingericht, wordt aangeboden ofwel naast de oorspronkelijke masteropleiding van 60 studiepunten ofwel naast een masteropleiding met uitgebreide studieomvang van 90 of 120 studiepunten.
De Vlaamse Universiteiten en Hogescholen Raad (VLUHR) coördineert de aanvraag en bezorgt deze aan de Vlaamse Regering. De Vlaamse Regering legt de aanvraag voor advies voor aan de NVAO. De NVAO baseert haar advies op een beoordeling door een commissie van onafhankelijke deskundigen. Op basis van het vastgestelde adviesrapport van de commissie adviseert de NVAO (positief of negatief) of de ingediende aanvraag beantwoordt aan de motiveringscriteria zoals opgenomen in het operationele kader inrichting onderzoeksmaster:
De instelling laat zien wat de doelstellingen zijn voor de onderzoeksmaster, hoe ze die doelstellingen wil realiseren en op welke manier ze de realisatie zal opvolgen. Ze geeft eveneens aan op welke manier trajecten voor het behalen van een doctoraat hierbij worden betrokken.
Nadat de aanvraag ontvankelijk is, ontvangt de instelling de vraag om de kostprijs van het advies in één keer te betalen. Het tarief voor deze procedure wordt vastgelegd door de Vlaamse minister van Onderwijs. De kosten verbonden aan de werking van de commissie (vergoedingen) worden hiermee door de NVAO betaald.
Tarief advies inrichting onderzoeksmaster: 2.500 euro
De aanvraag gebeurt via het digitaal aanvraagformulier en bestaat uit een door het (de) instellingsbestu(u)r(en) ondertekende aanvraagbrief, het Informatiedossier en de verplichte documentatie.
Het is mogelijk om bezwaar/beroep in te dienen tegen een besluit van de NVAO. Enkel belanghebbenden kunnen dit proces starten.